Hoe sluit je een (LED) lamp aan?
Een lamp aansluiten kan moeilijk klinken, maar is in de praktijk ook gemakkelijk zelf te doen. Om de klus uit te voeren heb je de volgende onderdelen nodig:
- Een lamp: bijvoorbeeld een hanglamp, plafondlamp of wandlamp
- Een lichtbron (lamp)
- Een schroevendraaier
- Een kabelstripper
Volg de stappen uit het stappenplan goed om je lamp aan te sluiten:
De kleuren van de kabels/draden
Wij krijgen vaak de vraag hoe je verschillende draden aan moet sluiten. De draden die moeten worden aangesloten bij een lamp zijn de elektrische draden van de lamp zelf en de draden van het netsnoer, dit zijn de draden die uit het plafond of uit de muur komen.
De meeste lampen hebben twee draden, meestal één zwarte (of bruine) draad en één blauwe draad. Het netsnoer heeft ook twee draden, meestal één bruine (of zwarte) draad en één blauwe draad. Soms heeft het netsnoer ook een derde draad, die groen of geel van kleur is en de aardedraad wordt genoemd.
Om de lamp aan te sluiten, moet je de zwarte (of bruine) draad van de lamp verbinden met de bruine (of zwarte) draad van het netsnoer. De blauwe draad van de lamp moet worden verbonden met de blauwe draad van het netsnoer. Als er een aardedraad aanwezig is in de lamp, moet deze worden verbonden met de aardedraad van het netsnoer. In onderstaande tabel zie je de kleuren, afkortingen en benamingen van de verschillende kabels.
Hoeveel draden moet je aansluiten?
De nuldraad en fasedraad dienen bij een (LED) lamp altijd aangesloten te worden. Echter vragen mensen zich vaak af of de aardedraad ook aangesloten moet worden. Hierbij wordt er onderscheid gemaakt tussen lampen met een metalen- en kunststof behuizing:
- Metalen behuizing: bij een lamp met een metalen behuizing is het verstandig om de aardedraad aan te sluiten. In dit geval sluit je de geel/groene draad aan op de behuizing (van de lamp). In veel gevallen is het mogelijk om de aardedraad aan te sluiten op een schroefje of boutje. De aardedraad heeft de functie dat er geen onbedoelde spanning op de behuizing staat, de aardedraad zorgt ervoor dat deze weg vloeit.
- Kunststof behuizing: bij een kunststof behuizing is het niet nodig om een aardedraad aan te sluiten. Bij deze lampen kun je de aardedraad netjes in de kroonsteen wegwerken, hiermee voorkom je kortsluiting.
De stappen om een lamp aan te sluiten
Hieronder vindt je een algemeen stappenplan voor het aansluiten van een lamp. Let op: raadpleeg altijd de handleiding van de specifieke lamp en schakel de stroom uit voordat je begint met het aansluiten van de lamp.
Stap 1: Verzamel de benodigde materialen: lamp, spanningszoeker, stroomkabel, schroevendraaier, striptang, kroonsteentjes, eventueel een ladder.
Stap 2: Schakel de stroom uit. Dit doe je door hoofdschakelaar om te zetten. Je kunt eventueel met een spanningszoeker nog testen of het gebied spanningsvrij is.
Stap 3: Trek de stroomkabel door de centraaldoos heen en maak de draden netjes. Gebruik hiervoor de striptang om de kabels te strippen.
Stap 4: Bevestig de beugel van de lamp aan het plafond. Deze worden met de producten meegeleverd.
Stap 5: Bevestig de kabels uit de centraaldoos aan de kroonsteen van de lamp. Zorg er hierbij voor dat de draden geheel zijn bevestigd met koperen gedeelte in de kroonsteen. Draai vervolgens de schroefjes van de kroonsteen goed vast. Vaak staat er op de kroonsteen een sticker met daarop aangegeven hoe de kabels aangesloten moeten worden.
Stap 6: Bevestig de lamp aan het plafond.
Stap 7: Bestig de lichtbron (lamp) in de fitting
Stap 8: Schakel de stroom weer in en test of de lamp werkt door de schakelaar aan en uit te zetten.